KORTE EN BONDIGE VERKLARING OVER DE ZESTIENDE PSALM
VAN DE KONINKLIJKE PROFEET DAVID
Voorgesteld in verscheidene predikaties
door
Mr. JOOS VAN LAREN
In zijn leven bedienaar des Goddelijken Woords te VLISSINGEN
INHOUD
EERSTE PREDIKATIE
Vers 1
Een gouden kleinood van David. Bewaar mij, o God, want ik betrouw op U.
TWEEDE PREDIKATIE
Vers 2
O (mijn ziel), gij hebt tot den HEERE gezegd: Gij zijt de Heere; (mijn) goedheid (raakt) niet tot U.
DERDE PREDIKATIE
Vers 3
(Maar) tot de heiligen, die op de aarde zijn, en de heerlijken, in dewelke al mijn lust is.
VIERDE PREDIKATIE
Vers 4
De smarten dergenen, die een anderen (god) begiftigen, zullen vermenigvuldigd worden; ik zal hun drankoffers van bloed niet offeren en hun namen op mijn lippen niet nemen.
VIJFDE PREDIKATIE
Vers 5a, 6
De HEERE is het Deel mijner erve en mijns bekers; Gij onderhoudt mijn lot.
De snoeren zijn mij in lieflijke plaatsen gevallen; ja, een schone erfenis is mij geworden.
ZESDE PREDIKATIE
Vers 5b, 6
De HEERE is het Deel mijner erve en mijns bekers; Gij onderhoudt mijn lot.
De snoeren zijn mij in lieflijke plaatsen gevallen; ja, een schone erfenis is mij geworden.
ZEVENDE PREDIKATIE
Vers 7
Ik zal den HEERE loven, Die mij raad heeft gegeven; zelfs bij nacht onderwijzen mij mijn nieren.
ACHTSTE PREDIKATIE
Vers 7
Ik zal den HEERE loven, Die mij raad heeft gegeven; zelfs bij nacht onderwijzen mij mijn nieren.
NEGENDE PREDIKATIE
Vers 8
Ik stel den Heere geduriglijk voor mij; omdat Hij aan mijn rechterhand is, zal ik niet wankelen.
TIENDE PREDIKATIE
Vers 9,10
Daarom is mijn hart verblijd en mijn eer verheugt zich; ook zal mijn vlees zeker wonen.
Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige verderving zie.
ELFDE PREDIKATIE
Vers 10
Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige verderving zie.
TWAALFDE PREDIKATIE
Vers 11
Gij zult mij het pad des levens bekendmaken; verzadiging der vreugde is bij Uw aangezicht; lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, eeuwiglijk.