Walingius C. – Keur van bijbelstof

Keur van bijbelstof, 35 preken  € 60,-

Deze keur van bijbelstof is genomen zowel uit het Oude als uit het Nieuwe Testament. Zeer begrijpelijk.

INHOUD

 

INTREDE REDE aan de gemeente in Twisk

EXODUS 4:10-12                                                      

  1. Toen zeide Mozes tot den HEERE: Och Heere, ik ben geen man wel ter tale, noch van gisteren, noch van eergisteren, noch van toen af, toen Gij tot Uw knecht gesproken hebt; want ik ben zwaar van mond en zwaar van tong.
  2. En de HEERE zeide tot hem: Wie heeft den mens den mond gemaakt, of wie heeft de stomme of dove, of ziende of blinde gemaakt? Ben Ik het niet, de HEERE?
  3. En nu ga heen, en Ik zal met uw mond zijn en zal u leren, wat gij spreken zult.

 

HENOCHS WANDEL MET GOD, EN ZIJN WEGNEMING OF HEMELVAART

GENESIS 5:24                                                          

  1. Henoch dan wandelde met God, en hij was niet (meer); want God nam hem weg.

 

ZOUTPILAAR IN LOTS VROUW OPGERICHT

Opgehelderd uit deszelfs historieverhaal

GENESIS 19:26

En ter gedachtenis voorgesteld uit

LUKAS 17:32                                                           

  1. Gedenkt aan de vrouw van Lot.

 

DE RECHTVAARDIGE JOB IN HET LAND UZ

JOB 1:1                                                                    

  1. Er was een man in het land Uz, zijn naam was Job; en dezel­ve man was oprecht en vroom en godvrezende en wijkende van het kwaad.

 

AANMERKING VAN GODS WONDERWERKEN

JOB 37:14-16                                                            

  1. Neem dit, o Job, ter ore; sta en aanmerk de wonderen Gods.
  2. Weet gij, wanneer God over dezelve orde stelt en het licht Zijner wolk laat schijnen?
  3. Hebt gij wetenschap van de opwegingen der dikke wolken; de wonderheden Desgenen, Die volmaakt is in wetenschappen?

 

JOBS BEROUW

JOB 42:5,6                                                                

  1. Met het gehoor des oors heb ik U gehoord, maar nu ziet U mijn oog.
  2. Daarom verfoei ik (mij), en ik heb berouw in stof en as.

 

VERZADIGING VAN VREUGDE BIJ GODS AANGEZICHT

PSALM 16:11                                                           

  1. Gij zult mij het pad des levens bekendmaken; verzadiging der vreugde is bij Uw aangezicht; lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, eeuwiglijk.

 

AANSCHOUWING VAN GOD IN ZIJN HEILIGDOM

PSALM 63:3                                                             

  1. Voorwaar, ik heb U in het heiligdom aanschouwd, ziende Uw sterkheid en Uw eer.

 

PLANTEN VAN GODS HUIS

PSALM 92:14,15                                                       

  1. Die in het huis des HEEREN geplant zijn, dien zal gegeven worden te groeien in de voorhoven onzes Gods.
  2. In den grijzen ouderdom zullen zij nog vruchten dragen; zij zullen vet en groen zijn.

 

AVONDMAALSPREDIKATIE

PSALM 106:4                                                           

  1. Gedenk mijner, o HEERE, naar het welbehagen (tot) Uw volk, bezoek mij met Uw heil.

 

HET VRIJWILLIG VOLK OP DE DAG VAN DES HEEREN HEIRKRACHT

PSALM 110:3a

  1. Uw volk zal zeer gewillig zijn op den dag Uwer heirkracht, in heilige sieradiën.

 

HET EEUWIG PRIESTERSCHAP VAN DE MESSIAS

PSALM 110:4                                                           

  1. De HEERE heeft gezworen, en het zal Hem niet berouwen: Gij zijt Priester in eeuwigheid, naar de ordening van Melchizédek.

 

DANKPREDIKATIE NA HET AVONDMAAL

PSALM 116:16                                                          

  1. Och, HEERE, zekerlijk ik ben Uw knecht, ik ben Uw knecht, een zoon Uwer dienstmaagd; Gij hebt mijn banden losgemaakt.

 

GRUWEL DER AFWIJKING VAN DE HEERE

SPREUKEN 3:32                                                      

  1. Want de afwijker is den HEERE een gruwel, maar Zijn ver­borgenheid is met de oprechten.

 

LEIDSMAN TOT RECHT EN RIJKDOM

SPREUKEN 8:20,21                                                 

  1. Ik doe wandelen op den weg der gerechtigheid, in het midden van de paden des rechts.
  2. Opdat Ik Mijn liefhebbers doe beërven dat bestendig is; en Ik zal hun schatkameren vervullen.

 

DE BRUID GENODIGD TE KOMEN VAN DE LIBANON

HOOGLIED 4:8                                                       

  1. Bij Mij van den Libanon af, o bruid, kom bij Mij van den Libanon af; zie van den top van Amána, van den top van Senir en van Hermon, van de woningen der leeuwinnen, van de bergen der luipaarden.

 

HET UITZIEN NAAR DE HEERE

MICHA 7:7                                                              

  1. Maar ik zal uitzien naar den HEERE, ik zal wachten op den God mijns heils; mijn God zal mij horen.

 

DE HEERLIJKHEID VAN HET LAATSTE HUIS

HAGGAÏ 2:10a                                                         

  1. De heerlijkheid van dit laatste huis zal groter worden dan van het eerste, zegt de HEERE der heirscharen.

 

DE HEERLIJKSTE TEMPELBOUW

ZACHARIA 6:12b,13a.                                             

  1. En Hij zal des HEEREN tempel bouwen.
  2. Ja, Hij zal den tempel des HEEREN bouwen.

 

HET OPNEMEN VAN CHRISTUS’ ZACHTE JUK

MATTHEÜS 11:29,30                                               

  1. Neemt Mijn juk op u en leert van Mij, dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen.
  2. Want Mijn juk is zacht en mijn last is licht.

 

JEZUS IN HET MIDDEN VAN ZIJN DISCIPELEN

MATTHEÜS 18:20                                                   

  1. Want waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben Ik in het midden van hen.

 

TEGENGIFT VOOR VREES

LUKAS 12:32                                                           

  1. Vrees niet, gij klein kuddeken, want het is uws Vaders welbehagen, ulieden het Koninkrijk te geven.

 

GODS LIEFDE TOT DE WERELD

JOHANNES 3:6                                                        

  1. Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.

 

DRANG VAN CHRISTUS’ LIEFDE

2KORINTHE 5:14                                                    

  1. Want de liefde van Christus dringt ons.

 

HET VLEES GEKRUIST MET DE BEWEGINGEN EN BEGEERLIJKHEDEN

GALATEN 5:24                                                        

  1. Maar die van Christus zijn, hebben het vlees gekruist met de bewegingen en begeerlijkheden.

 

VERKIEZING VOOR DE GRONDLEGGING DER WERELD

EFÉZE 1:4                                                               

  1. Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem voor de grondleg­ging der wereld, opdat wij zouden heilig en onberispelijk zijn voor Hem in de liefde.

 

DE NAVOLGING GODS

ÉFEZE 5:1                                                               

  1. Zijt dan navolgers Gods, als geliefde kinderen.

 

BEREIDWILLIGHEID DES EVANGELIES

ÉFEZE 6:15                                                              

  1. En de voeten geschoeid hebbende met bereidheid van het Evangelie des vredes.

HOOGTIJDSPREDIKATIE

1PETRUS 2:9a                                                          

  1. Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk.

 

DANKPREDIKATIE

1PETRUS 2:9b                                                          

  1. Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk.

 

HET ETEN VAN DE BOOM DES LEVENS

OPENBARING 2:7b                                                 

  1. Die overwint, Ik zal hem geven te eten van den Boom des levens, die in het midden van het paradijs Gods is.

 

LEVENDE DODEN IN SARDIS

OPENBARING 3:1                                                   

  1. En schrijf aan den engel der gemeente die te Sardis is: Dit zegt Die de zeven Geesten Gods heeft, en de zeven sterren: Ik weet uw werken, dat gij den naam hebt dat gij leeft, en gij zijt dood.

 

WANDELAARS IN WITTE KLEDEREN

OPENBARING 3:4                                                   

  1. Doch gij hebt enige weinige namen ook te Sardis, die hun klederen niet bevlekt hebben, en zij zullen met Mij wandelen in witte klederen, overmits zij het waardig zijn.

 

HEMELS TRIOMFGEWAAD

OPENBARING 3:5                                                   

  1. Die overwint, die zal bekleed worden met witte klederen;en Ik zal zijn naam geenszins uitdoen uit het boek des levens, en Ik zal zijn naam belijden voor Mijn Vader en voor Zijn enge­len.

 

SCHRIFT EN ZEGEL VAN ZALIGHEID

OPENBARING 19:9                                                 

  1. En hij zeide tot mij: Schrijf, zalig zijn zij, die geroepen zijn tot het avondmaal van de bruiloft des Lams. En hij zeide tot mij: Deze zijn de waarachtige woorden Gods.